19e eeuw
De 19e eeuw was een periode van rustige ontwikkeling in de geschiedenis van de Nederlandse Joden, ook in Sneek. Het aantal zielen bleef vrij stabiel. In 1892 waren het er 141. De gemeente telde zoals vrijwel overal buiten de grote steden, slechts enkele welgestelden en bestond bijna geheel uit kleine luiden, die vaak een karig bestaan vonden als slager, bakker, straathandelaar of marskramer. Ook de armen ontbraken niet en die vormden voor de toch kleine gemeente een forse last.
Wel was er sprake van geleidelijke integratie in de omgeving. Enkele leden stegen boven de traditionele beroepssfeer uit. De eerste was Abraham Frijda, die in 1835 tot doctor in de medicijnen promoveerde.
Een bekend lid van de Joodse gemeenschap was dr. Leopold Herzberger (1871-1933), geboren in Eindhoven, die zich vestigde in Sneek. Hij specialiseerde zich als internist en werd de eerste geneeskundige in Nederland die röntgenologie toepaste. In landelijke Joodse organisaties heeft hij - naar goed Joods gebruik - vele taken vervuld ten behoeve van de samenleving in het algemeen en die van zijn woonplaats in het bijzonder. Zo was hij oprichter en eerste voorzitter van de Openbare Leeszaal en Bibliotheek ter plaatse. Voor al zijn verdiensten is hij benoemd tot Ridder in de Orde van Oranje-Nassau.